In veel bestuurskamers en binnen veel communicatieafdelingen wordt er nogal wisselend gesproken over journalisten. Natuurlijk, zij zijn de hoeders van een vrije samenleving. Maar guttegut, wat is men toch vaak ongeïnformeerd en vooringenomen. Het is werkelijk waar verschrikkelijk. Op de redacties van media gaat het er omgekeerd niet heel veel beter aan toe. Die pr-mensen, en nog erger, voorlichters en woordvoerders, ja die zijn er vooral voor om dingen onder de pet te houden en vooral niet te vertellen. Gezellige uitgangssituatie.
Word geen sekte en blijf niet hangen in het black hole narrative
Blog
Opinie
Jos Govaart
15-02-2024
Spanning op de relatie
Dit gepolariseerde beeld hebben wij in het verleden wel eens gekscherend trachten te vangen in onze rubriek de PR-Klaagmuur. Een format waarbij wij journalisten lieten leeglopen over alles wat onze industrie beter zou moeten doen. Dat mes sneed toen aan allerlei kanten. Van een beetje zelfspot is nog nooit iemand slechter geworden, we voegden iets toe aan het verstevigen van onze mediarelaties. Toch had het ook een serieuze noot. Wij als pr-mensen zijn gewoon een bron voor journalisten. Niet meer, en niet minder. De journalisten gaan over de vragen, en wij gaan over de antwoorden, dat is een tamelijk overzichtelijke rolverdeling zou ik zo zeggen.
Word geen sekte maar zoek naar proportionaliteit
Trap niet in het black hole narrative
Sommige verhalen blijven jarenlang in media reizen, of ze nu waar zijn of niet. Zo ging het verhaal jarenlang dat Zalando altijd verliest maakte, ook toen ze vijf kwartalen achter elkaaar winstgevend waren, werd klakkeloos opgeschreven dat het bedrijf structureel verlieslatend was. Zo hebben veel grote bedrijven een hardnekkig negatief frame, dat in ieder artikel dat geschreven wordt, weer opgerakeld wordt. Ik zie de journalistiek als belangrijk onderdeel van de samenleving. De journalistiek bevraagt de macht en doet aan waarheidsvinding en dat is een belangrijke taak. Tegelijkertijd dient de journalistiek ook de samenleving en daarmee, wat mij betreft, vooruitgang. Als je van die filosofie uitgaat, dan verandert je vragenset als journalist ook. En wie weet kom je dan wel een woordvoerder tegen die wél een verhaal vertelt.
Kortom
Zowel de journalistiek als de organisatiekant heeft z’n eigen belangen en valkuilen. Verdiep je als pr-professional of woordvoerder vooral in het sentiment van het publiek en probeer een brug te slaan tussen wat in hun hoofd zit, en wat de realiteit van je organisatie is. Wees eerlijk, daar waar je dat kunt, en breng proportionaliteit aan. Aan de journalistieke zijde is het vooral van belang om eens een andere weg in te slaan dan dat al je collega’s hebben gedaan. Kies eens het totaal tegengestelde perspectief van wat je vooraf in je hoofd had, kijk eens wat je dan tegenkomt, en voeg dat samen met de vragen die je al had. De kans dat je dan een veel interessanter verhaal maakt dan dat je op voorhand dacht, lijkt mij levensgroot.
Dit gepolariseerde beeld hebben wij in het verleden wel eens gekscherend trachten te vangen in onze rubriek de PR-Klaagmuur. Een format waarbij wij journalisten lieten leeglopen over alles wat onze industrie beter zou moeten doen. Dat mes sneed toen aan allerlei kanten. Van een beetje zelfspot is nog nooit iemand slechter geworden, we voegden iets toe aan het verstevigen van onze mediarelaties. Toch had het ook een serieuze noot. Wij als pr-mensen zijn gewoon een bron voor journalisten. Niet meer, en niet minder. De journalisten gaan over de vragen, en wij gaan over de antwoorden, dat is een tamelijk overzichtelijke rolverdeling zou ik zo zeggen.
Dat er spanning zit op die relatie is logisch. Als bedrijf heb je een strategie en heb je belang dat sommige verhalen naar buiten komen, en heb je een belang dat sommige verhalen niet groot worden. En als journalist wil je gewoon die steen lichten en spraakmakende verhalen maken.
Je zult op dit moment bij de belastingdienst werken, of bij Ajax, of bij de NPO. Dan is het niet leuk om te lezen in de media dat jouw organisatie dag-in-dag-uit onder vuur ligt. Je zult ongetwijfeld terecht constateren dat 60% van wat je leest niet klopt, of nét niet klopt. Toch is het dan een groot verhaal om alles wat er gezegd en geschreven wordt maar af te doen als ophitsende flauwekul. Zo zag ik Pier Eringa (oud voorzitter RVC Ajax) afgeven op journalist Valentijn Driessen en entertainmentman Johan Derksen. Met zulke tegenstanders kun je het niet winnen, zo stelde hij. Als je zo’n houding aanneemt tegenover media en publiek, dan creëer (hij is overigens weg) je een sfeertje van wij met z’n allen tegen de media. Wij hebben niets fout gedaan en het is allemaal de schuld van de media.
Ik heb dergelijke houding vaak gezien bij techbedrijven en startups. Zij zorgden toch allemaal voor de innovaties. Waarom dan allerlei kritiek op wetgeving en andere maatschappelijke issues. Weerwoord werd nauwelijks georganiseerd en de verhalen die naar buiten moesten werden ergens in Sillicon Valley gecomponeerd.
Wat je dan krijgt is een sekte als bedrijf. Ook een bedrijfscultuur waar een hard en onveilig werkklimaat sneller tot stand kan komen. Als de buitenwereld iets van je vindt, dan is er heel vaak sprake van klok/klepel. De neiging van nog te veel organisaties is om dan te benadrukken dat er niet zo veel van klopt. Terwijl je ook kan denken. Het is weliswaar niet helemaal raak, maar helemaal onzin is het ook niet. Als je op die manier denkt, dan kun je een verhaal vertellen waaruit de proportionaliteit der dingen blijkt. Je erkent dat er wat aan de hand is, maar je legt ook uit, hoe dat kwam, in welke context zoiets past, en wat de stappen richting toekomst zijn.Trap niet in het black hole narrative
Sommige verhalen blijven jarenlang in media reizen, of ze nu waar zijn of niet. Zo ging het verhaal jarenlang dat Zalando altijd verliest maakte, ook toen ze vijf kwartalen achter elkaaar winstgevend waren, werd klakkeloos opgeschreven dat het bedrijf structureel verlieslatend was. Zo hebben veel grote bedrijven een hardnekkig negatief frame, dat in ieder artikel dat geschreven wordt, weer opgerakeld wordt. Ik zie de journalistiek als belangrijk onderdeel van de samenleving. De journalistiek bevraagt de macht en doet aan waarheidsvinding en dat is een belangrijke taak. Tegelijkertijd dient de journalistiek ook de samenleving en daarmee, wat mij betreft, vooruitgang. Als je van die filosofie uitgaat, dan verandert je vragenset als journalist ook. En wie weet kom je dan wel een woordvoerder tegen die wél een verhaal vertelt.
Kortom
Zowel de journalistiek als de organisatiekant heeft z’n eigen belangen en valkuilen. Verdiep je als pr-professional of woordvoerder vooral in het sentiment van het publiek en probeer een brug te slaan tussen wat in hun hoofd zit, en wat de realiteit van je organisatie is. Wees eerlijk, daar waar je dat kunt, en breng proportionaliteit aan. Aan de journalistieke zijde is het vooral van belang om eens een andere weg in te slaan dan dat al je collega’s hebben gedaan. Kies eens het totaal tegengestelde perspectief van wat je vooraf in je hoofd had, kijk eens wat je dan tegenkomt, en voeg dat samen met de vragen die je al had. De kans dat je dan een veel interessanter verhaal maakt dan dat je op voorhand dacht, lijkt mij levensgroot.
Verleg je grenzen!
schrijf je nu in voor onze nieuwsbrief!